Zo vlak voor de gemeenteraadsverkiezingen op 16 maart 2022 neem ik veel activiteit waar bij gemeenten, vooral bij de hoofdstad op het terrein van wonen. Dat is geen verrassing, want Amsterdam heeft de beschikbaarheid van woningen, zowel huur als koop, de afgelopen 4 jaren flink verwaarloosd. Nu grijpt zij weer naar maatregelen die gedoemd zijn te mislukken en voer zijn voor vernietiging door de Raad van State. Amsterdam kan beter meer nieuwe woningen (laten) bouwen dan dogmatisch teruggrijpen op na-oorlogse woningdistributie.
Woningeigenaren zijn vanaf 1 april 2022 verplicht zelf in die woning te gaan wonen en mogen die niet verhuren, behalve dan aan familie. Tevens wil de gemeente eisen van woningeigenaren die hun woning leeg laten staan, dat ze die woning verhuren. En, is een woning niet te verhuren omdat de verhuurder een te hoge huur vraagt, wil ze de verhuurder dwingen die huurprijs te verlagen.
Dit alles ruikt naar ‘vorderen van woningen’ uit de oude Woningwet en het inpikken van ‘leegstaande’ pied-a-terres, waarover al eerder paniek uitbrak.
Het is duidelijk dat deze gemeente haar labbekakkerige prestatie inzake wonen in de hoofdstad van de laatste 4 jaren in enkele maanden wil rechtzetten. Zij struikelt hierbij over haar eigen gedateerde ambities, helaas.
De woonplicht per 1 april 2022 voor woningeigenaren van alle koopwoningen met een WOZ-waarde tot 512.000 euro komt voort uit een onderzoek dat deze gemeente samen met de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties heeft uitgevoerd. Zonder enige statistische deskundigheid trekken zij in dit onderzoek conclusies welke iedere praktische onderbouwing missen. De drogreden die men hanteert is, dat er nu meer huurwoningen in particuliere handen zijn dan er particuliere koopwoningen voor zelfbewoning zijn en dat wil men tegengaan. Waarom weet niemand. Particuliere woningverhuurders hebben altijd een aanmerkelijk aandeel in het totaal van huurwoningen gehad; Jan Schaefer was er blij mee. En, inderdaad specialiseren deze verhuurders zich niet in sociale huurwoningen, maar dat hoeven zij ook niet omdat die taak wettelijk ligt bij de woningcorporaties. Wie helpt de gemeente met deze a-sociale eigendomsbeperking?
De mogelijkheid om deze woonplicht op te leggen, komt voort uit een nieuwe wettelijke regeling daartoe. Althans, een gemeente mag een of meer gebieden aanwijzen waar zij deze regeling wil toepassen. Amsterdam zoekt de randen van deze wet op en wijst de gehele gemeente hiertoe aan. Kijk, dat doet me terugdenken aan de splitsingswoedeweken najaar 1994. Toen vernietigde de Raad van Staat de Amsterdamse Huisvestingverordening 1993, omdat deze gemeente toen ook de randen opzocht van de Huisvestingwet maar die blijkbaar overtrad. Toen ik die uitspraak van de Raad van State neerlegde bij De Telegraaf plaatste de hoofdredactie daarover een artikel op de voorpagina en barstten de splitsingswoedeweken los. Later bekende een hoofdstedelijke wethouder wonen mij dat deze actie een aardig zetje was om het aantal koopwoningen te verhogen.
De WOZ-waarde krijgt een stempel van goedkeuring van deze gemeente. Echter, de Waarderingskamer die alle WOZ-waarderingen van ons land controleert, heeft de Amsterdamse WOZ-waarderingen jarenlang onzorgvuldig en zwak genoemd. Een WOZ-waarde is volgens deskundigen vaker te gebruiken indien deze actueel is, niet feitelijk onjuist en definitief vastgesteld. Dat kan ik dus van de gemeentelijke taxaties niet zeggen.
Daarbij komt dat men uitgaat van een WOZ-waarde van 512.000 euro per 1 april 2022. Stel dat de koopprijzen van woningen de laatste jaren circa 10 procent zijn gestegen en de WOZ waarde per 1 januari 2021 is van toepassing op 1 april 2022, zal de feitelijke koopprijs bedragen 512.000 euro plus 10 procent = 565.000 euro kosten koper of meer. Hiermee draait Amsterdam (ver) kopers een rad voor ogen.
Het CBS zou onderzocht hebben dat circa 5 tot 6 procent van alle woningen in Amsterdam leegstaan. Wat betekent dat? Dat er in die woning niemand staat ingeschreven in de gemeentelijke administratie? Of dat een eigenaar wacht op renovatie of een tijd in het buitenland werkt/woont? En, wat te denken van de duizenden pied-a-terres; een 2e of 3e woning in eigen land waar iemand regelmatig woont maar niet altijd en z’n adres (domicilie) elders heeft?
In 1995 en in 2010 ontstond grote paniek onder eigenaren van pied-a-terres in de hoofdstad. In 1995 heb ik met De Telegraaf actie gevoerd tegen het verplicht verhuren van deze (meestal) appartementen of zelfs gedwongen verkoop ervan. In 2010/2011 deden Het Parool en de Volkskrant ook mee. In beide jaren moest deze gemeente aan die eigenaren excuses maken voor het werk van een ‘overijverige’ ambtenaar en werd die heksenjacht gestopt.
Dreigt nu weer een herhaling van 1994, 1996 en 2010/2011? Wat is nog de waarde van eigendom in de jaren dat een kneiterlinks gemeentebestuur aan het bewind is? Onteigening van kapitaal? Indien dat het doel is van kneiterlinks, weten veel mensen dat ze deze keer op aanstaande 16 maart 2022 beter moeten kiezen…………..
Of, blijkt het dadelijk dat alles toch een 1 april-grap was?!